We zaten op het terras en hadden net een nieuw zonnestelsel gecreĆ«erd. Zo’n ding waarin je lijntjes zet van mens naar mens en dan kijkt hoe de linkjes liggen naar elkaar. Nooit gedacht dat er maar een persoon zou zitten tussen mij en een oud verhaal.
Ik zoende met die, zij zoende met die en hopla: we waren gelinkt. Geniaal.
Lullig was dat ze mij in het midden hadden gezet. Alsof de wereld draait om mij, of de liefde. Ik schaamde me een beetje toen ik zag hoeveel projectjes ik wel niet had gehad. Blij dat het papier niet het terras afwaaide.
We gingen door met een gesprek over liefde, houden van, en aantrekkingskracht.
Van sommige mensen heb je alles gekregen, van anderen hou je nog wat tegoed.
Het ging over hen, over mij, over alleen en samen zijn.
Een aankomende reis waarop ik onderweg een oude liefde ontmoet.
Zal ik haar zien, of is het beter van niet.
En ik was verbaasd. Toen een van hen daarover tegen me zei:
‘Je kunt er duizend dingen over zeggen. Maar dit is zo bijzonder, dat het stom is als je er niets mee doet.’