Ik fiets door de stad en het ruikt naar zee. Ik ben alleen, maar in gedachten kijk ik iemand aan. Zij mij, en ik stel me voor dat we hetzelfde denken: Lucht, zand en zout.
Ik glimlach en een tegenligger glimlacht terug. Die wil vast weten waar ik aan dacht.
Ik glimlach harder.
Wat is het toch heerlijk om gedachten voor jezelf te houden.
Je gaat er leuker van lachen.
Straks ga ik naar huis en ga ik de hele avond Nederland 2 kijken. Iets over China. En daarna Jeruzalem.
Ik zal er weinig van mee krijgen.
Ik ben te optimistisch voor de Klaagmuur, vanavond.
Of muren van welke orde dan ook.
Haat en nijd.
Woorden die geen woorden, maar daden zijn.
Muren, waarachter geld, een land en liefde ligt.
Lijden.
Ik zal het laten voor wat het is.
Ik doe de tv uit, en ga met een boek op mijn stoepje.
En ik mijmer. Over lucht, zand en zout.
Jaaah…. Mijmeren met een boek op een stoepje… Het zijn er echt de dagen voor. Wel stoepjes, geen muren.