Het fijnst vind ik het als mensen gewoon zó kunnen opnoemen wat ze allemaal he-le-maal verkeerd doen.
Helemaal.
Om vervolgens in naakt ornaat met geheven armen en een schuddende bos krullen op hun bruine hoofd de zonsdvloed tegemoet te rennen.
Da’s nie makkelijk, da’s juist stoer.
Nadat Riekster op doeltreffende wijze de als ‘Jut’ bekend staande taalkundige terecht had gewezen over haar (leuke maar onjuiste) taalgebruik, en hiervan op plezierige wijze kond had gedaan op haar weblog, verbaast het Koekebakker nu het woord ‘zonsvloed’ aan te treffen. Bestaat dat eigenlijk wel?
De taalkundige, beter bekend als ‘jut’, voelt zich geroepen hierop te reageren. Volgens Van Dale Groot Woordenboek der Nederlandse Taal bestaat het woord ‘zonvloed’. De ‘s’ is hier inderdaad overbodig, maar jut begrijpt dat zelfs de Riekster af en toe de weg kwijt is.
Graag wil jut nog iets kwijt over taalgebruik en de mening van niet-taalkundigen hierover. Leken roepen al snel uit: “Dat is toch geen Nederlands!” Maar is het ook echt geen Nederlands? Graag leg ik de Riekster, vanaf nu de taalpurist, het volgende voor (en koekebakker mag zich mengen in de discussie): moet de nonnie echt dringend gekeurd?
1. Het is Riekster, niet ‘de’ Riekster!
2. ‘Moet de auto (dan snappen andere lezer het ook) echt dringend gekeurd?’ –> Is dit Nederlands? Nee, en ik verwijs iedereen die denkt van wel, graag naar hun Brabantse afkomst….
Koekebakker is geen man van discussies maar eerder van mild gekruide overpeizingen. Hij wil dan ook niet graag de messen slijpen met Riekster of met Jut. Hij accepteert dus zonder morren dat het geen ‘zonsvloed’ is en ook geen ‘zondvloed’ (Koekebakker gooit morgen maar zijn eigen woordenboek weg) en hij sluit graag af met die oude wijsheid van Louis XIV: ‘apres nous le Nonnie’.
Keep up the good work.
Jut denkt dat Koekebakker niet te snel de handdoek in de ring moet gooien en het woordenboek in de prullenbak. Uiteraard heeft Jut zelden ongelijk, maar in deze moet zelfs zij haar meerdere bekennen. I rest my case.