Ik zit op een stoepje en krijg van een mannetje verse jus.
Drie Dirham. Oh, oke.
De huisjes zijn vandaag van wit naar aarderood verkleurd. Het Frans heeft dit dorpje niet bereikt, alleen het Berberdialect. De jongen naast me in de bus helpt. Hoewel ik denk dat ik drie Dirham voor een jus zelf ook wel snap. Maar toch bedankt.
Zou ik hier kunnen wonen?
De kaktussen langs de weg, asfalt dat verdwijnt in de verte, mensen die je helpen. Dit dorp is een gat met een moskee.
Ik zoek een wc en vind pardoes internet. Maar helaas. Vandaag geen connection. Dus ik laat het maar weer voor vandaag.
De zon brandt. Hoe lang zouden die bananen daar nog kunnen liggen. Niet zo lang als in Nederland.
Nederland.
Ik krijg een sms. En ik hoef hier niet te wonen.
Ik besluit wel dat ik Mexico op m’n volgende ticket zet.