De Sparalbertheijn en een weekendje in de bossen

‘Hier?’
…..
‘Bedoel je hier? Of is de Albert Heijn nog wat verder?’ Ik wijs naar het groene dennen sparrenboompje in het rode vakje.
‘Nee, hier.’
‘De Spar dus, bedoel je. Niet de Albert Heijn.’
‘Ja, nee, ik weet eigenlijk niet wat hier zit, ik noemde het maar gewoon de Albert Heijn.’
‘Oké.’ ‘De Sparalbertheijn dus’, mompel ik. Ik slenter richting de rode mandjes, en kijk nog even om of de rest ook ziet dat we bij de Sparalbertheijn moeten zijn.

‘Is het hier? Hier kunnen we dus nooit groene curry-spullen kopen!’ Jut komt in draf aangestormd. ‘Even kijken, nee dat hebben ze niet. Yv, het wordt toch jouw gerecht dan!’
‘Oh.’ Yv kijkt verrast. ‘Maar daar hoeven geen courgettes in.’
‘Courgettes?’
‘Heb je die dan al gekocht?’
‘Nee.’
‘Heb je die dan meegenomen?’
‘Nee.’
‘Wat is er dan met courgettes?’
‘Die hebben we net bij de groentenkraam gekocht.’
‘Oh.’
‘Toen jij kaas kocht.’
‘Maar er kan toch ook wel courgette in pasta met paprika en cashewnoten?’
‘Neeeeh. Dat kan echt niet.’
‘Oh.’
‘Die neem ik dan wel mee naar huis, dan.’
‘Oké.’
‘Wat moet er in jouw gerecht?’
‘Wat moet ik pakken?’
‘Twee paprikastoplichten.’
‘Paprikastoplichten?’
Iemand loopt weg.
‘Oké. Wat nog meer?’
‘Feta.’
Nog iemand loopt weg.
‘En ik?’
‘Cashewnoten, en pasta, genoeg pasta, en is er eigenlijk olie en azijn daar?’
(…..)
‘Ties! Is er eigenlijk olie en azijn daar?’
‘Alles staat er wel zo’n beetje volgens mij.’
‘JAA!’
‘En rucola.’

Iedereen loopt weg en alles gaat in het rode mandje.

‘Ga je mee wijn uitzoeken?’ Vraag ik aan Ties die met een half brood loopt.
‘Het stinkt hier.’
‘Ga je mee wijn uitzoeken?’
‘Nou dat kan ik niet hoor, ik heb geen verstand van wijn.’
‘Ik wel.’

We zoeken wijn uit.

‘Hey het stinkt hier.’
‘Ja daar ook al.’
‘Nemen we ook chips?’
‘Ja. Zoek maar uit.’
‘Ik ben wel fan van Pringles.’
‘Oke.’
‘Maar die hoef ik nu niet hoor, niet per sé.’
‘Je mag best Pringles als je daar zin in hebt?’
‘Nee, die hoef ik niet.’

‘Ik wil wel zo’n lekker Duveltje.’

Yv komt aangewandeld.

‘Had er al iemand nootjes verzameld?’
‘Ja, liggen in het mandje.’
‘Hoeveel is dat?’
‘100 gram.’
‘Oh. oke.’
Jut komt ergens van terug.
‘Is dit genoeg denk je?’
‘Joh, ja, jawel toch?’

‘Hey Riekster. Kom. We pakken die chocola ook nog even mee.’
‘Feest.’
‘En dan gaan we straks borrelen met port en brokjeskaas.’
‘Hoh. Fijn.’
‘En dan steek ik de open haard aan.’

One Response to De Sparalbertheijn en een weekendje in de bossen

  1. jut says:

    Ik heb een déjà-vu!

Geef een reactie

Jouw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *