Archive for the ‘Lovedoctor’ Category

Het een en ander achterwege laten

26 december 2011

‘We moeten nog een lijstje maken.’ De Lovedoctor kijkt op haar telefoon hoe laat het is. ‘En het is al elf uur.’ We zitten aan de koffie en ik pak nog snel een cadeau in. ‘Hou effe het papier hier vast.’ Ik wijs op het papier, zij drukt haar vinger erop en ik rommel wat met een schaar en een rol plakband die al een jaar in de kast ligt.
Ik kijk op mijn laptop. Het is inderdaad al elf uur en over twintig minuten moeten we allebei in onze eigen auto naar diverse kerstbrunches zitten. En het jaar moet nog worden geĆ«valueerd. ‘Kut’, zeg ik. ‘Zien we elkaar dan niet meer voor oud en nieuw?’
‘Dat denk ik niet’, zucht de Lovedoctor.
‘Fuck.’
‘Fuck.’
‘Goed, hoe was het met je, dit jaar?’, bijt de Lovedoctor snel het spits af. Op de een of andere manier ben ik altijd als eerste onderwerp van gesprek als het om de Liefde gaat. Maargoed, zij is dan ook de Lovedoctor.
Ik begin op mijn vingers te tellen. ‘Hm.’ zeg ik, terwijl ik het plakband scheef afknip. ‘Ik weet het eigenlijk niet. Best goed toch? Los van die zomer dan?’
Ze kijkt me met een glimlach aan. Ze heeft vandaag mooie oogschaduw op. ‘Zal ik het maar zeggen?’
‘Zeg jij het maar.’ Ik draai het pak, zodat ik ook de zijkanten vast kan plakken.
De Lovedoctor gaat rechtop zitten. ‘Je rolt er een stuk stabieler uit dan dat je er in ging.’
Ik grinnik. ‘Jij hebt er al over nagedacht.’
De Lovedoctor grinnikt ook.
We blijven allebei even stil.
‘Misschien moet ik het lijstje maar een keertje achterwege laten.’
Ik knik en schenk ons nog een keer koffie bij. We moesten het maar ‘s achterwege laten.

De lovedoctor komt logeren

27 maart 2011

De Lovedoctor komt logeren en als ze over de drempel stapt, valt een rood muiltje uit haar weekendtas.
‘Zo’, zegt ze ‘die is in elk geval binnen.’ Haar lippen zijn ook rood en haar wimpers zwart. Haar jas belandt op een stoel, de tas op de bank en haar glimlach wijst in de richting van een fles witte wijn die al op tafel staat. Het rode muiltje blijft achter in de gang.
‘Wijntje?’ vraag ik.
‘Lekker.’ De Lovedoctor trekt haar zwarte panty onder haar stippenjurkje recht. Ze gaat op mijn oude, witte jaren-vijftig stoeltje zitten. Het kussentje achter haar rug legt ze naast zich neer. ‘Zo’, zucht ze. ‘Hoe is het?’
Ik ontkurk de fles en schenk twee glazen vol met Chardonnay. Op een schoteltje leg ik gevulde olijven.
‘Goed’, zeg ik.
En ik plof op de bank zoals je dat op eerste lentedagen doet.

In alle talen

20 februari 2011

De Lovedoctor zegt dat als het feestje De Bedoeling was geweest, dat ik dan wel zou zijn gegaan. ‘Zo gaat dat bij jou namelijk altijd’, zegt ze. ‘Niks aan de hand dus.’
Ik grinnik. De Lovedoctor weet als geen ander dat het niet waar is wat ze zegt, maar het beurt me wel op. ‘En die vrouw die jij ‘s middags in de stad zag, die was daar echt niet voor uitgenodigd hoor’, zegt ze. ‘Dus daar hoef je je ook geen zorgen over te maken.’
Ik moet hard lachen. Dat weet ze helemaal niet, wie er wel of niet was. Maar toch hoef ik de Lovedoctor niks te vertellen. De Lovedoctor weet mijn flarden altijd precies goed in lopende zinnen samen te vatten. Flarden die wat mij betreft alle kanten op gaan; soms recht, soms krom, en dan zweren ze samen en kronkelen ze zich op tot een warrige bol waar je nog geen trui van kan breien. Maar de Lovedoctor weet precies hoe ik denk en ziet in die lijntjes niet alleen letters en woorden en lopende zinnen, maar ook nog conclusies en feedback.
Ik grinnik erom, maar omdat ik de Lovedoctor niet zomaar gelijk wil geven, besluit toch in de mopperaanval te gaan. ‘Als jij je naam nou eens eer aan zou doen, Lovedoctor, dan zou je mij niet steeds gaan zitten analyseren, maar zou je me tijdig van concreet en uitvoerbaar advies voorzien. Opbouwen en repareren.’
De Lovedoctor zwijgt. Aan de stilte hoor ik dat ze weet dat ze gelijk heeft. Dan zegt ze: ‘Jij zou rustig doen, en dat heb je gisteren uitstekend op eigen kracht gedaan.’
Daar zat ik naar te vissen, dat compliment. En nu ik hem heb, ben ik tevreden.
Ik hou dan ook maar mijn mond over die vijf flessen Prosecco die ik gisteren nog soldaat maakte. Ja, ik niet in mijn eentje, we waren met z’n vieren en ik dronk voornamelijk uit schuldgevoel. Eerst dronken we er eentje op de studie, toen eentje op een nieuw huis, daarna een fles op de liefde, een fles op het leven en nog een laatste fles op de kiezelsteentjes in L.’s voortuin.
Ik zeg het maar niet, van die flessen Prosecco. Ik denk dat me mijn compliment dan weer wordt afgenomen.
Ik hou het zo. In alle talen.

Jong

17 januari 2011

Ik zit aan de telefoon en ben in een fikse discussie beland. Althans, mijn tijd om te praten heb ik blijkbaar al ruim een half uur geleden opgebruikt, dus terwijl ik hoofdschuddend naar het geratel uit de telefoon luister, hou ik de radio een beetje in de gaten. Ik hoor niet veel bijzonders en mijn gedachten dwalen af naar gesprekken met de Lovedoctor die ik afgelopen weekend had. De Lovedoctor en ik, de Lovedoctor die zei dat ik altijd bereid was om op mijn bek te gaan, voor de liefde. ‘Ja, toen was ik achttien’, zei ik ‘en toen luisterde ik nog naar Regina Spektor’, mopperde ik. Maar de Lovedoctor weet dat dat niet zo is, en heeft me weer aan het denken gezet, dit weekend. ‘Je weet zelf wel of je het zeker weet, Riekster.’

Terwijl ik afdwaal, wordt er aan de andere kant van de lijn nog steeds gepraat, geroepen en gestampvoet. Er worden punten gemaakt en meningen benadrukt over dingen waar ik het niet mee eens ben. Ik blijf me gewoon een keer hardnekkig opstellen als een man en besluit het dit keer echt te laten voor wat het is. Mond houden, wachten tot het over is en hopen dat dat een beetje rap gaat want ik heb nog meer te doen.
Dan komt Brandon Flowers voorbij. Hij zingt en ik word er rustig van. Niet van de woorden of het filmpje dat ik erbij verzin. Ik moet zelfs eerlijk zeggen dat ik zo snel niet eens zou weten waar het over gaat. Nee, toon. Het is de toon. Ik vind de toon mooi.
De telefoon ratelt door de toon. Ik luister naar het liedje en ik denk aan de Lovedoctor. De Lovedoctor en de wijze raad.